Rapport van Statistiek Vlaanderen over hoe mensen met een handicap in Vlaanderen leven en deelnemen aan de samenleving.

Inleiding

Dit rapport is van Statistiek Vlaanderen.

Statistiek Vlaanderen brengt cijfers uit over Vlaanderen.

In dit rapport deelt Statistiek Vlaanderen cijfers over hoe mensen met een handicap in Vlaanderen leven en deelnemen aan de samenleving.

Dit is de eenvoudig te lezen versie van het rapport.

Het volledige rapport staat op de website van Statistiek Vlaanderen.

Wie heeft meegewerkt aan dit rapport?

Verschillende afdelingen van de Vlaamse overheid hebben geholpen bij het maken van dit rapport.

Zoals bijvoorbeeld het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH).

Ook mensen met een beperking werden betrokken bij het maken van dit rapport.

Dit via de organisaties GRIP vzw en NOOZO.

GRIP vzw streeft naar gelijke rechten voor mensen met een handicap.

NOOZO is de Vlaamse adviesraad voor mensen met een handicap.

Over wie gaat dit rapport?

Wie of wat zijn mensen met een handicap?

Statistiek Vlaanderen gebruikt de omschrijving uit het VN-verdrag over de Rechten van Personen met een Handicap uit 2006.

Mensen met een handicap zijn mensen met een langdurige ziekte, aandoening of beperking die moeilijkheden ervaren om volwaardig deel te nemen aan de samenleving.

 Een voorbeeld:

een rolstoel is geen probleem,

maar een trap zonder lift is wel een probleem.

In Vlaanderen zijn er ongeveer 570.000 tot 1.200.000 volwassenen met een handicap.

  • Er zijn meer vrouwen met een handicap dan mannen.
  • Hoe ouder, hoe meer mensen met een handicap.
  • Mensen met een handicap gaan minder lang naar school.

Tussen de 30 en 45 op 100 mensen met een handicap geeft aan dat zij ernstig gehinderd worden in hun dagelijkse activiteiten door hun handicap of ziekte.

 

Eind 2023 kregen iets meer dan 105.000 mensen ondersteuning van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) of een zorgbudget.

Op datzelfde moment waren er iets meer dan 339.000 mensen met een handicap erkend.

Niet iedereen met een langdurige ziekte, aandoening of beperking heeft een erkenning van de overheid.

Onderwijs en vorming

In het schooljaar 2023 – 2024 gingen 5 op 100 leerlingen in het lager en middelbaar onderwijs naar een school voor buitengewoon onderwijs.

Afbeelding 1 - Taartdiagram leerlingen in het gewoon en buitengewoon onderwijs.

Afbeelding 1: Taartdiagram leerlingen in het gewoon en buitengewoon onderwijs.

In vergelijking met het schooljaar van 2010-2011 neemt het aantal leerlingen in het buitengewoon onderwijs toe.

Er zijn meer jongens dan meisjes die les volgen in het buitengewoon onderwijs.

In het schooljaar 2022-2023 volgde 1 op 100 mensen met een handicap, erkend door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH), een opleiding in het hoger onderwijs.

Hoger onderwijs is een hogeschool of een universiteit.

Afbeelding 2 - Taartdiagram studenten zonder en met handicap in het hoger onderwijs.

Afbeelding 2: Taartdiagram studenten zonder en met handicap in het hoger onderwijs.

In 2023 waren iets minder dan 2 op 6 mensen met een handicap tussen 25 en 64 jaar laaggeschoold.

Bij mensen zonder handicap is dat iets minder dan 1 op 6.

Afbeelding 3 - Kolomdiagram laaggeschoolden bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 3: Kolomdiagram laaggeschoolden bij mensen zonder en met handicap.

In 2023 volgden 2 op 20 mensen met een handicap een opleiding.

Dat is minder dan bij mensen zonder handicap (3 op 20).

Afbeelding 4 - Kolomdiagram deelname aan opleidingen bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 4: Kolomdiagram deelname aan opleidingen bij mensen zonder en met handicap.

Deelname aan de arbeidsmarkt

Mensen met een handicap nemen veel minder deel aan de arbeidsmarkt dan mensen zonder handicap.

In 2023 hadden 47 op 100 mensen met een handicap betaald werk. Dit aantal lag veel hoger bij mensen zonder handicap: 82 op 100 had betaald werk.

Afbeelding 5: Kolomdiagram betaald werk bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 5 – Kolomdiagram betaald werk bij mensen zonder en met handicap.

Iets meer dan de helft van de mensen met een handicap is niet-beroepsactief.

Dit betekent dat ze niet werken, niet kunnen werken en/of ze niet op zoek zijn naar werk.

Dit is bijna 3 keer zoveel als bij mensen zonder handicap.

Afbeelding 6 - Kolomdiagram mensen zonder en met handicap die niet-beroepsactief zijn.

Afbeelding 6: Kolomdiagram mensen zonder en met handicap die niet-beroepsactief zijn.

In vergelijking met mensen zonder handicap:

  • hebben mensen met een handicap minder vaak een zelfstandig beroep. Dit betekent dat ze minder vaak hun eigen baas zijn.
  • werken mensen met een handicap vaker deeltijds.
  • werken mensen met een handicap wat minder van thuis uit.
  • hebben mensen met een handicap minder vaak een werkbare job. Dit betekent dat het werk hen meer stress bezorgt, hen minder motiveert, moeilijker af te stemmen is op hun persoonlijke omstandigheden en minder leerkansen biedt.

Eind 2022 waren 29.402 doelgroep medewerkers aan het werk in de sociale economie.

Doelgroep medewerkers zijn mensen met een arbeidsbeperking, met fysieke of geestelijke beperkingen of moeilijkheden.

De sociale economie verwijst naar bedrijven en organisaties die werk aanbieden op maat van deze groep.

In 2023 had iets meer dan 2 op 100 personeelsleden bij de Vlaamse overheid een handicap of langdurige ziekte.

Inkomen en armoede

Mensen verdienen geld door te werken.

Mensen kunnen ook andere inkomsten ontvangen,

zoals een pensioen, een werkloosheiduitkering of een uitkering door ziekte.

De totale som van al deze inkomsten voor alle mensen samen (loon + andere inkomsten) noemen we het persoonlijk inkomen.

Het persoonlijk inkomen van mensen met een handicap is 25% lager dan dat van mensen zonder handicap.

Afbeelding 7 - Kolomdiagram persoonlijk inkomen mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 7: Kolomdiagram persoonlijk inkomen mensen zonder en met handicap.

De inkomsten door werk zijn lager bij mensen met een handicap dan bij mensen zonder handicap.

Maar de andere inkomsten, zoals uitkeringen, zijn vaak hoger bij mensen met een handicap dan bij mensen zonder handicap.

 

Het risico op armoede was in 2023 bijna dubbel zo hoog bij mensen met een handicap.

Afbeelding 8 - Kolomdiagram risico op armoede bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 8: Kolomdiagram risico op armoede bij mensen zonder en met handicap.

Mensen met een handicap leven vaker in omstandigheden waarin zij levensnoodzakelijke dingen (basisbehoeften) tekort komen zoals onderdak, verwarming, voeding, enzovoort.

Mensen met een handicap leven vaker in een gezin waar er weinig wordt gewerkt.

 

22 op 100 mensen met een handicap leven in armoede of sociale uitsluiting,
tegenover 9 op 100 mensen zonder handicap.
Dit is meer dan het dubbele.

Afbeelding 9 - Kolomdiagram leven in armoede bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 9: Kolomdiagram leven in armoede bij mensen zonder en met handicap.

In 2023 leefden 24 op 100 mensen met een handicap in een gezin waar de schulden voor dagelijkse uitgaven een groot deel van het maandelijks budget innemen.
Denk maar aan gespreide betalingen voor meubels en elektronica.
Bij mensen zonder handicap ging het om 8 op 100 mensen.

Afbeelding 10 - Kolomdiagram schulden voor consumptie bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 10: Kolomdiagram schulden voor consumptie bij mensen zonder en met handicap.

Mensen met een handicap in een kwetsbare geldsituatie kunnen gebruik maken van uitkeringen.

Er zijn 3 soorten uitkeringen:

  • Een integratietegemoetkoming
    Dit is een uitkering waarmee mensen met een handicap de extra kosten kunnen dekken die nodig zijn om volwaardig aan de samenleving deel te nemen (integratie).
  • Een inkomensvervangende tegemoetkoming
    Dit is een uitkering voor mensen met een handicap die niet kunnen of mogen werken.
  • Een zorgbudget voor ouderen met een zorgnood
    Dit is een uitkering voor mensen met een handicap vanaf 65 jaar.

In mei 2024 ontvingen 128.000 mensen met een handicap een integratietegemoetkoming en/of een inkomensvervangende tegemoetkoming.

Eind 2023 kregen meer dan 85.000 mensen een zorgbudget voor ouderen met een zorgnood.

Wonen

Mensen met een handicap hebben minder vaak een eigen woning dan mensen zonder handicap.

Afbeelding 11 - Kolomdiagram bezitten van een eigen woning bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 11: Kolomdiagram bezitten van een eigen woning bij mensen zonder en met handicap.

Voor mensen met een handicap is de huurprijs vaker een zware kost dan voor mensen zonder handicap.
Een zware woonkost betekent dat bijna de helft van het inkomen (loon door werk en/of uitkeringen) naar de woning gaat.

Afbeelding 12 - Kolomdiagram zware woonkost bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 12: Kolomdiagram zware woonkost bij mensen zonder en met handicap.

Wanneer mensen zelf mogen oordelen of ze een zware woonkost hebben, liggen deze cijfers nog hoger.

Afbeelding 13 - Kolomdiagram eigen beoordeling zware woonkost bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 13: Kolomdiagram eigen beoordeling zware woonkost bij mensen zonder en met handicap.

De kwaliteit van de woningen is minder goed bij mensen met een handicap dan bij mensen zonder handicap.
Het gaat over woningen met grote en blijvende problemen aan dak, ramen, deuren en muren.
In 2023 leefde 1 op 5 mensen met een handicap in een woning van mindere kwaliteit.
Dit aantal is duidelijk hoger dan bij mensen zonder handicap.

Afbeelding 14 - Kolomdiagram kwaliteit van de woning bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 14: Kolomdiagram kwaliteit van de woning bij mensen zonder en met handicap.

Eind 2023 hadden 52.190 huurders van sociale woningen zelf een handicap of had iemand in hun gezin een handicap.
Dit zijn meer dan 1 op 3 van alle sociale huurders.

Afbeelding 15 - Taartdiagram huurders sociale woningen met een handicap.

Afbeelding 15: Taartdiagram huurders sociale woningen met een handicap. 

Eind 2022 waren 22.261 mensen met een handicap ingeschreven als kandidaat huurders van een sociale woning.

Dit is 13% van het totaal aantal kandidaat huurders.

Afbeelding 16 - Taartdiagram kandidaat huurders sociale woningen met een handicap.

Afbeelding 16: Taartdiagram kandidaat huurders sociale woningen met een handicap. 

Het aantal aangepaste sociale woningen is beperkt.

In februari 2024 waren maar 2 op 100 sociale woningen aangepast aan rolstoelgebruikers.

Rolstoelgebruikers konden 37 op 100 sociale woningen bezoeken, een lichte stijging ten opzichte van 2020.

Gezondheid

Mensen met een handicap zijn minder positief over hun gezondheid.

De Gezondheidsenquête van 2018 toont een groot verschil met mensen zonder handicap.

Een enquête is een bevraging.

De Gezondheidsenquête onderzoekt hoe het gesteld is met de gezondheid, de levensstijl en het gebruik van de gezondheidszorg bij de Belgische bevolking.

Afbeelding 17 - Kolomdiagram positieve blik naar de eigen gezondheid bij mensen zonder en met een handicap volgens de Gezondheidsenquête van 2018

Afbeelding 17: Kolomdiagram positieve blik naar de eigen gezondheid bij mensen zonder en met een handicap volgens de Gezondheidsenquête van 2018. 

De onderzoeksgroep Statistiek van Inkomens en Levensomstandigheden van de Europese Unie bevestigt dit.

Levensomstandigheden verwijzen naar hoe iemand leeft.

Dit gaat bijvoorbeeld om (de toegang tot) werk en scholing.

Afbeelding 18 - Kolomdiagram positieve blik naar de eigen gezondheid bij mensen zonder en met een handicap volgens de EU-SILC-survey.

Afbeelding 18: Kolomdiagram positieve blik naar de eigen gezondheid bij mensen zonder en met een handicap volgens de EU-SILC-survey.

Uit dit onderzoek blijkt ook dat er een groot verschil is binnen de groep mensen met een handicap.

Mensen die grote beperkingen ervaren door hun handicap, beoordelen hun gezondheid veel vaker als (zeer) slecht.

Afbeelding 19 - Kolomdiagram mensen met een handicap die hun eigen gezondheid als (zeer) slecht beoordelen met beperkte of grote hinder.

Afbeelding 19: Kolomdiagram mensen met een handicap die hun eigen gezondheid als (zeer) slecht beoordelen met beperkte of grote hinder.

De geestelijke gezondheid van mensen met een handicap is slechter dan die van mensen zonder handicap.

Afbeelding 20 - Kolomdiagram mentale problemen bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 20: Kolomdiagram mentale problemen bij mensen zonder en met handicap.

Mensen met een handicap:

  • voelen zich minder vaak gelukkig
  • hebben vaker het gevoel geen controle te hebben over de omstandigheden
  • voelen zich vaker eenzaam
  • voelen zich vaker bedroefd

dan mensen zonder handicap.

Mensen met een handicap zijn ook minder positief over het leven in het algemeen.

In 2023 gaven mensen met een handicap hun leven gemiddeld een 7 op 10, mensen zonder handicap een 8 op 10.

 Mensen met een handicap stellen soms zorg uit omdat ze het niet kunnen betalen.

5 op 100 mensen met een handicap stelde in het afgelopen jaar een bezoek aan de tandarts of dokter uit omdat zij dit niet konden betalen.

Dat zijn 4 mensen meer dan mensen zonder handicap.

Deelname aan de samenleving

Mensen met een handicap nemen minder vaak deel aan de samenleving dan mensen zonder handicap.

Mensen met een handicap:

  • zijn minder vaak actief lid van een vereniging
  • nemen minder deel aan culturele activiteiten
  • doen minder vaak aan sport
  • gebruiken minder vaak het internet

Sinds 2023 is er geen verschil meer in politieke deelname.

Er zijn 3 groepen van mensen met een handicap die minder deelnemen aan de samenleving:

  • ouderen
  • laaggeschoolden
  • mensen die ernstige hinder ondervinden in het dagelijks leven

Er zijn weinig verschillen tussen mensen met en zonder handicap op vlak van sociale contacten.

Mensen met en zonder handicap hebben wekelijks evenveel contact met buren, familie en vrienden.

Maar, mensen met een handicap beschouwen hun sociale contacten als minder positief dan mensen zonder handicap.

Mensen met een handicap maken minder vaak deel uit van een vriendengroep en geven aan dat er weinig mensen zijn bij wie ze zichzelf kunnen zijn.

Mensen met een handicap ervaren weinig sociale steun.

Dit betekent dat ze minder kunnen rekenen op mensen wanneer ze problemen hebben of wanneer ze hulp nodig hebben.

Afbeelding 21 - Kolomdiagram ervaringen met weinig sociale steun bij mensen zonder en met handicap.

Afbeelding 21: Kolomdiagram ervaringen met weinig sociale steun bij mensen zonder en met handicap.

Houding van de samenleving

 Een positieve houding ten opzichte van mensen met een handicap is noodzakelijk voor hun volwaardige deelname aan de samenleving.

Tussen 2014 en 2018 zijn Vlamingen positiever gaan denken over mensen met een handicap.

Het gaat hier over de houding van Vlamingen tegenover:

  • gelijke rechten voor mensen met een handicap
  • contacten met mensen met een handicap
  • ondersteuning van de overheid voor mensen met een handicap

Jongeren en hoger opgeleiden hebben over het algemeen een iets positievere houding tegenover mensen met een handicap dan ouderen en lager geschoolden, maar de verschillen zijn klein.

De houding wordt mee bepaald door de soort handicap.

Mensen staan positiever tegenover gelijke rechten en contacten met mensen met een lichamelijke handicap dan met mensen met een verstandelijke handicap.

 

Er zijn weinig mensen met een handicap zichtbaar op televisie.

In 2022 waren er op alle televisie programma’s van alle VRT-zenders 1,7 mensen met een handicap te zien op 100 mensen. Dat aantal is tegenover 2013 meer dan verdubbeld.

Afbeelding 22 - Taartdiagram mensen met een handicap op televisie (VRT).

Afbeelding 22: Taartdiagram mensen met een handicap op televisie (VRT).

Uitsluiting op basis van handicap.

In 2023 opende het Gelijke Kansen Centrum UNIA in Vlaanderen 160 dossiers over uitsluiting op basis van handicap, wat een daling is ten opzichte van 2017.

Dit betekent niet dat uitsluiting minder voorkomt.

Vaak wordt uitsluiting niet gemeld.

Niet alle meldingen van uitsluiting voldoen aan de wettelijke voorwaarden.

Werknemers met een handicap ervaren vaker grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer dan werknemers zonder handicap.

Grensoverschrijdend gedrag is gedrag dat de persoonlijke grenzen niet respecteert.

Enkele voorbeelden zijn ongewenste aanrakingen, schelden, pesten en het sturen van ongewenste berichten.

Zelfstandige ondernemers met een handicap krijgen vaker te maken met pesten en lichamelijk geweld dan hun collega’s zonder handicap.

Wat ontbreekt er in dit rapport?

Dit rapport geeft geen volledig beeld van alle mensen met een handicap.

Er is geen informatie over de soort handicap en de beperkingen die daaruit ontstaan.

Bepaalde groepen blijven buiten beeld.

Het gaat over mensen met:

  • ernstige beperkingen die vaak in instellingen wonen
  • een verstandelijke handicap
  • een lichamelijke handicap

In ideale omstandigheden zijn er aparte bevragingen die aangepast zijn aan de mogelijkheden en behoeften van deze groepen.

Dergelijke bevragingen worden niet regelmatig georganiseerd in Vlaanderen.

Er ontbreekt informatie over onderwerpen die belangrijk zijn voor mensen met een handicap om volwaardig te kunnen deelnemen aan de samenleving, zoals:

  • Mobiliteit (vervoer)
  • Toegankelijkheid van gebouwen en diensten
  • Cijfers over daders en slachtoffers

Bestaande bevragingen geven geen volledig beeld of besteden onvoldoende aandacht aan de situatie van mensen met een handicap.

Dit kan beter door in elke bevraging ook vragen op te nemen over de betrokkenheid van en de beperkingen voor mensen met een handicap.